Vóór 1 juli 1997, datum waarop in het raam van de modernisering van de sociale zekerheid en de vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels, in de pensioenstelsels voor werknemers en voor zelfstandigen een ingrijpende hervorming werd doorgevoerd, bedroeg de minimumleeftijd tot het verkrijgen van een gewaarborgd inkomen voor bejaarden voor vrouwelijke gerechtigden 60 jaar, voor mannelijke gerechtigden 65 jaar.
Avant le 1 juillet 1997, date à laquelle, dans le cadre de la modernisation de la sécurité sociale et de la sauvegarde de la viabilité des régimes de pension légaux, une profonde réforme est intervenue dans les régimes de pension des travailleurs salariés et indépendants, l'âge minimum pour l'obtention d'un revenu garanti aux personnes âgées était de 60 ans pour les bénéficiaires féminins et de 65 ans pour les bénéficiaires masculins.