3. De lidstaten zorgen ervoor dat energiedistributeurs, distributiesysteembeheerders en detailhandelaars in energie zich onthouden van activiteiten die een belemmering kunnen vormen voor de vraag naar en de levering van energiediensten of andere maatregelen ter verbetering van de energie-efficiëntie, of die de ontwikkeling van de markt voor dergelijke diensten of maatregelen in de weg staan, waaronder marktafscherming of misbruik van machtspositie.
3. Les États membres veillent à ce que les distributeurs d'énergie, les gestionnaires de réseau de distribution et les entreprises de vente d'énergie au détail s'abstiennent de toute activité susceptible d'entraver la demande et la fourniture de services énergétiques ou d'autres mesures visant à améliorer l'efficacité énergétique, ou de gêner le développement des marchés de tels services ou mesures, notamment en empêchant des concurrents d'accéder au marché ou en pratiquant des abus de position dominante.