Wanneer een medewerker van het kantoor een burger met gebrekkige kennis van het Nederlands (zodat een efficiënte communicatie in de weg staat) in zekere mate probeert tegemoet te komen in een andere taal (op vrijwillige basis), moet dit louter worden gezien als een vorm van hulpvaardigheid.
Lorsqu'un collaborateur du bureau informe dans une autre langue (sur base volontaire) des citoyens dont la connaissance insuffisante du néerlandais empêche une communication efficace, il convient d'interpréter cela comme étant seulement un signe de serviabilité.