Alle gerechten, zoals in deze verordening gedefinieerd, dienen aan de in deze verordening vastgelegde bevoegdheidsregels gebonden te zijn. Daarentegen dient de term „gerecht” geen betrekking te hebben op de niet-gerechtelijke autoriteiten van een lidstaat, die krachtens het nationale recht bevoegd zijn om erfrechtzaken te behandelen, zoals notarissen in de meeste lidstaten, wanneer zij, zoals meestal het geval is, geen gerechtelijke taken vervullen.
Inversement, le terme «juridiction» ne devrait pas viser les autorités non judiciaires d'un État membre qui, en vertu du droit national, sont habilitées à régler les successions, telles que les notaires dans la plupart des États membres, lorsque, comme c'est généralement le cas, ils n'exercent pas de fonctions juridictionnelles.