34. vindt dat rekening gehouden moet worden met de aanzienlijke daling in de prijs van olie en gekeken moet worden of deze meevaller helemaal aan de gebruikers van fossiele brandstoffen moet worden doorgegeven of slechts gedeeltelijk, waarbij regeringen de belastingen op fossiele brandstoffen verhogen teneinde hun tekorten te reduceren, investeringen te financieren, te betalen voor het klimaatveranderingsbeleid en de gevolgen van de deflatoire tendensen op te vangen;
34. fait observer qu'il conviendrait de se pencher sur les conséquences du net recul des prix du pétrole et sur la question de savoir si cette manne devrait profiter intégralement aux consommateurs d'énergies fossiles ou être partagée, grâce à une augmentation, par les gouvernements, des taxes sur les énergies fossiles afin de diminuer leurs déficits, financer les investissements, éviter de saper les politiques relatives au changement climatique et atténuer les effets désinflationnistes;