De regering is van mening dat de wetgever, toen hij het suppletief sociaal statuut heeft uitgewerkt, de toepassing ervan heeft willen beperken tot de plaatselijke mandatarissen die een wedde ontvangen en de plaatselijke mandatarissen die enkel presentiegeld ontvangen daaruit heeft willen uitsluiten.
Le gouvernement estime que le législateur, lorsqu'il a élaboré le statut social supplétif, a entendu en limiter l'application aux mandataires locaux qui bénéficient d'un traitement et en exclure les mandataires locaux qui ne bénéficient que de jetons de présence.