Wanneer men evenwel het [Grondwettelijk Hof] de bevoegdheid geeft om zelf algemene conclusies te trekken uit zijn arresten na prejudiciële vragen, zullen de rechten van de derden die eventueel kunnen tussenkomen, niet langer worden in acht genomen » (Parl. St., Senaat, 2002-2003, nr. 2-897/6, p. 217; ibid., p. 232).
Par contre, si l'on donne à la Cour [constitutionnelle] le pouvoir de tirer elle-même des conclusions générales de ses arrêts rendus sur question préjudicielle, les droits des tiers qui pourraient intervenir ne seront plus respectés » (Doc. parl., Sénat, 2002-2003, n° 2-897/6, p. 217; ibid. p. 233).