C. overwegende dat sommige daden van vandalisme die werden botgevierd op cultureel erfgoed onder bepaalde omstandigheden worden beschouwd als misdaden tegen de menselijkheid; overwegende dat met name wanneer deze daden gericht zijn tegen leden van een religieuze of etnische minderheid, zij gelijkgesteld kunnen worden aan het misdrijf van vervolging, als bedoeld in artikel 7, lid 1, letter h) van het Statuut van het Internationaal Strafhof;
C. considérant que dans certaines circonstances, des actes de destruction du patrimoine culturel ont déjà été considérés comme des crimes contre l'humanité; considérant que, lorsque ces actes visent les membres d'un groupe religieux ou ethnique, ils peuvent être assimilés à des persécutions, comme l'établit l'article 7, paragraphe 1, point h), du statut de Rome de la Cour pénale internationale;