Indien het echter onmogelijk is om een opperofficier bedoeld in het eerste lid, 3° of 4°, aan te wijzen kan de minister een kapitein-ter-zee of een kolonel, naar gelang het geval, van de marine of van de medische dienst, aanwijzen voor de uitoefening van de in het eerste lid bedoelde bevoegdheid.
Toutefois, lorsqu'il est impossible de désigner un officier général visé à l'alinéa 1, 3° ou 4°, le ministre peut désigner un capitaine de vaisseau ou un colonel, selon le cas, de la marine ou du service médical, pour l'exécution de la compétence visée à l'alinéa 1.