Anderzijds moet worden vastgesteld dat de
overwegingen die de Ministerraad heeft afgeleid uit standpunten uit de rechtsleer met betrekking tot de geldigheid van bepaalde machtigingswetten niet van toepassing zijn op deze betwisting, aangezien de wet van 12 augustus 2000 niet is aangenomen om « de administratieve overhei
d de toestemming te verlenen bepalingen met terugwerkende krach
t goed te keuren », noch om « een feitelijke gronds
...[+++]lag toe te kennen aan een besluit » of « een handeling rechtsgeldig te maken », maar wel om een andere wet, in dit geval artikel 68 van de wet van 30 maart 1994, aan te vullen met noodzakelijke verduidelijkingen die door de eventuele vernietiging, door de Raad van State, van het koninklijk besluit van 28 oktober 1994 verloren zouden kunnen gaan.D'autre part, il faut constater que les considérations tirées
par le Conseil des ministres d'avis donnés par la doctrine relatifs à la validité de certaines lois d'habilitation ne sont pas applicables à la présente contestation, la loi du 12 août 2000 n'
ayant pas été prise dans le but d'« autoriser l'autorité administrative à prendre des dispositions rétroactives », de « procurer un fondement matériel à un arrêté », ni de « valider un acte », mais bien dans le but de compléter une autre loi, en l'occurrence l'article 68 de la loi du 3
...[+++]0 mars 1994, en l'assortissant de précisions indispensables qui risquaient de disparaître par l'effet de l'annulation, probable, par le Conseil d'Etat, de l'arrêté royal du 28 octobre 1994.