De wetgever heeft de logica gevolgd van een stelsel dat zo is opgevat dat het niet kan toestaan dat de situatie van de begunstigden door een ambtshalve teruginning zou verslechteren, de misbruiken in ieder geval als dusdanig strafbaar zijnde op grond van de artikelen 98, § 1, derde lid, en 99, § 1, van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.
Il est dans la logique d'une institution ainsi conçue de ne pas permettre d'empirer la situation de ses bénéficiaires par une récupération d'office, les abus étant de toute façon punissables comme tels sur la base des articles 98, § 1, alinéa 3, et 99, § 1, de la loi du 8 juillet 1976 organique des centres publics d'aide sociale.