De Raad van State vraagt zich af wat het voor zin heeft een termijn te handhaven die, doordat hij zo kort is, moeilijk hanteerbaar lijkt en op de niet-naleving waarvan geen straf staat.
Le Conseil d'État s'interroge sur le sens qu'il y a à maintenir un délai qui, de par sa brièveté, semble difficilement praticable et dont le non-respect n'est pas sanctionné.