Afgezien daarvan, zou de Commissie institutionele zaken kunnen opmerken dat
er bijzonder grote moeilijkheden rijzen bij de interpretatie van het protocol, waarin bepaald wordt dat wanneer het besluit betreffende
de rechtsgrondslag niet tijdig wordt genomen, de bepalingen die deel uitmaken van het acquis van Schengen onder de derde pijler zullen blijven ressorteren (art. 2, lid 1, vierde alinea), maar dat de voorstellen en initiatieven die op het acquis van Schengen berusten onderworpen zullen zijn aan de bepalingen van de Verdragen (art. 5, lid
1, eerste ...[+++] alinea): hieruit kan niemand meer wijs worden!