Verder werd overeengekomen dat : « Voor het toewijzen van deze bijkomende zetels zullen de betrokken lidstaten personen voordragen overeenkomstig hun nationaal recht en op voorwaarde dat deze personen in rechtstreekse algemene verkiezingen zijn verkozen, hetzij meer bepaald in een ad hoc georganiseerde verkiezing, hetzij onder verwijzing naar de resultaten van de verkiezingen voor het Europees Parlement van juni 2009, hetzij door voordracht, door het nationaal parlement uit zijn midden, van het vereiste aantal leden».
De plus, il fut convenu que: « Pour pourvoir ces sièges supplémentaires, les États membres concernés désigneront des personnes, conformément à leur législation nationale et pour autant qu'elles aient été élues au suffrage universel direct, notamment soit par une élection ad hoc, soit par référence aux résultats des élections européennes de juin 2009, soit par désignation par leur parlement national, en son sein, du nombre de députés requis».