2.1. Elk voertuig moet zijn voorzien van een geluidssignaalinrichting van een type dat is goedgekeurd overeenkomstig deze richtlijn of overeenkomstig Richtlijn 70/388/EEG van de Raad van 27 juli 1970 inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de Lid-Staten betreffende de geluidssignaalinrichting van motorvoertuigen (1).
Bromfietsen met een motorvermogen niet groter dan 0,5 kW en met een door de constructie bepaalde maximumsnelheid
niet hoger dan 25 km/h mogen echter voorzien zijn van een goedgekeurde geluidssignaalinrichting of van een
niet ...[+++] goedgekeurde mechanische geluidssignaalinrichting.
2.1. Tout véhicule doit être muni d'un avertisseur acoustique d'un type homologué en application de la présente directive ou homologué en application de la directive 70/388/CEE du Conseil, du 27 juillet 1970, concernant le rapprochement des législations des États membres relatives à l'avertisseur acoustique des véhicules à moteur (1); toutefois, les cyclomoteurs munis d'un moteur de puissance n'excédant pas 0,5 kW et dont la vitesse maximale par construction est inférieure ou égale à 25 km/h peuvent être munis d'un avertisseur acoustique homologué ou d'un avertisseur mécanique non homologué.