Rekening houdend met hetgeen voorafgaat en met de bevoegdheid die artikel 107, eerste lid, van de Grondwet aan de Koning verleent, heeft de uitvoeringsbevoegdheid die Hem bij artikel 41, eerste lid, van de wet van 1 maart 1958 wordt toegewezen, betrekking op een maatregel waarvan de essentiële elementen bij de wet zijn vastgesteld en vloeit zij voort uit een machtiging die voldoende nauwkeurig is omschreven.
Compte tenu de ce qui précède et du pouvoir que l'article 107, alinéa 1, de la Constitution confère au Roi, le pouvoir d'exécution que l'article 41, alinéa 1, de la loi du 1 mars 1958 Lui attribue concerne une mesure dont les éléments essentiels sont fixés par la loi et résulte d'une habilitation définie de manière suffisamment précise.