In afwijking van het eerste lid kan een personeelslid dat op het ogenblik van zijn afwezigheid wegens ziekte nog geen zesendertig maanden sociale anciënniteit telt, negentig kalenderdagen bezoldigd ziekteverlof krijgen.
Par dérogation au premier alinéa, un membre du personnel qui ne compte pas encore trente-six mois d'ancienneté sociale au moment de son congé de maladie, peut toutefois obtenir quatre-vingt-dix jours calendaires de congé de maladie rémunéré.