Een lidstaat die beslist om in de universele dienst een toegang tot breedbandaansluitingen op te nemen, moet ernaar streven, wanneer hij de minimale vereiste bitsnelheid definieert, om de verstoringen op de interne markt die zouden ontstaan door de opname van te hoge bitsnelheden, te beperken.
L'Etat membre qui décide d'inclure un accès aux connexions à haut débit dans le service universel doit s'efforcer, quand il définit le débit minimal requis, de limiter les distorsions sur le marché intérieur qu'induirait l'inclusion de débits trop élevés.