Zoals het Hof bij het arrest nr. 91/2010 van 29 juli 2010 heeft geoordeeld, is het bedrag van de geldboete, gelet op de gemiddelde gevelbreedte van de voor huisvesting bestemde gebouwen in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest, niet onredelijk hoog, zodat de door de in het geding zijnde bepaling veroorzaakte inmenging in het recht op het ongestoord genot van de eigendom evenredig en redelijk verantwoord is (B.4.6.2.3 en B.4.6.3).
Ainsi que la Cour l'a jugé par l'arrêt n° 91/2010 du 29 juillet 2010, eu égard à la largeur moyenne de façade des immeubles destinés au logement dans la Région de Bruxelles-Capitale, le montant de l'amende n'est pas déraisonnablement élevé, de sorte que l'ingérence dans le droit au respect des biens occasionnée par la disposition en cause est proportionnée et raisonnablement justifiée (B.4.6.2.3 et B.4.6.3).