3. Indien het toezichthoudend orgaan van de gekwalificeerde verlener van vertrouwensdiensten v
ereist dat deze het niet naleven van de eisen uit hoofde van deze verordening rechtzet en indien deze verlener n
iet aan dat verzoek tegemoet komt, en indien van toepassing binnen een door het toezichthoudend orgaan bepaalde tijdspanne, kan het toezichthoudend orgaan, gelet op in het bijzonder de mate, de duur en de gevolgen van die niet-naleving, de status van gekwalificeerde van die verlener of van de door hem verleende
...[+++]betrokken dienst intrekken en het in artikel 22, lid 3, bedoelde orgaan daarvan op de hoogte brengen met als doel de actualisering van de in artikel 22, lid 1, bedoelde vertrouwenslijsten.
3. Lorsque l’organe de contrôle exige du prestataire de services de confiance qualifié qu’il corrige un manquement aux exigences prévues par le présent règlement et que le prestataire n’agit pas en conséquence, et le cas échéant dans un délai fixé par l’organe de contrôle, l’organe de contrôle, tenant compte, en particulier, de l’ampleur, de la durée et des conséquences de ce manquement, peut retirer à ce prestataire ou au service affecté le statut qualifié et informe l’organisme visé à l’article 22, paragraphe 3, aux fins de la mise à jour des listes de confiance visées à l’article 22, paragraphe 1.