Noch de argumenten die de Minister van Binnenlandse Zaken heeft aangevoerd tijdens de parlementaire besprekingen die zijn voorafgegaan aan de aanneming van de wet van 26 april 2002, noch de inschaling in een loonschaal die overeenstemt met niveau 2+ maken het mogelijk het feit te verantwoorden of te compenseren dat de bekritiseerde maatregel op onevenredige wijze afbreuk doet aan de rechten van de verzoekers betreffende de mobiliteit bij de overheid die zij wegens hun diploma konden genieten.
Ni les arguments avancés par le ministre de l'Intérieur lors des discussions parlementaires qui ont précédé l'adoption de la loi du 26 avril 2002, ni l'insertion dans une échelle barémique qui correspond au niveau 2+ ne permettent de justifier ou de compenser le fait que la mesure critiquée porte atteinte de manière disproportionnée aux droits des requérants relatifs à la mobilité dans la fonction publique dont ils pouvaient bénéficier en raison de leur diplôme.