59. herinnert de Commissie eraan dat het Parlement in paragraaf 30 van zijn reeds aangehaalde resolutie van 15 juni 2006 ervoor heeft gepleit "(...) om alle onderzoeksbevoegdheden van OLAF in één enkele verordening bijeen te brengen"; onderstreept daarnaast dat de werkgroep fraudebestrijding van de Raad eveneens voorstander lijkt te zijn van stroomlijning van de bestaande rechtsgronden ; dringt er derhalve bij het OLAF op aan, in het kader van zijn jaarlijks activiteitenv
erslag voor 2007 zo spoedig mogelijk met een analyse te komen van de interoperabiliteit van de respectieve rechtsgrondslagen waaraan het zijn onderzoeksbevoegdheden on
...[+++]tleent, zodat de bevindingen van deze analyse eventueel kunnen worden gebruikt bij de toekomstige herziening van de OLAF-Verordening; maakt in dit verband opmerkzaam op het feit dat het Verdrag van Lissabon met betrekking tot fraudebestrijding eveneens een wijziging in artikel 280 van het EU-Verdrag omvat; 59. rappelle à la Commission que, dans le paragraphe 30 de sa résolution précitée du 15 juin 2006, le Parlement s'est dit "favorable à un regroupement dans un règlement unique de tous les pouvoirs d'investigation de l'OLAF", par ailleurs, souligne que le groupe de travail du Conseil sur la lutte contre la fraude semble aussi être favorable à la rationalisation des bases juridiques actuelles ; demande donc à l'OLAF de présenter d'urgen
ce, dans le contexte de son rapport d'activités annuel pour 2007, une analyse de l'interopérabilité des diverses bases juridiques qui lui confèrent des pouvoirs d'investigation, dans la perspective de l'int
...[+++]égration éventuelle des conclusions de cette analyse dans la future révision du règlement OLAF; dans ce contexte, fait remarquer que le traité de Lisbonne modifie aussi l'article 280 du traité CE, relatif à la lutte contre la fraude;