De verzoekende partijen in de zaak nr. 4010 leiden een middel af uit de schending van de artikelen 15 en 22 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 8 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, in zoverre artikel 47ter, § 1, derde lid, van het Wetboek van strafvordering het mogelijk maakt alle bijzondere opsporingsmethoden, met uitzondering van die welke moeten worden bevolen door de onderzoeksrechter, zonder onderscheid aan te wenden, met het oog op de strafuitvoering.
Les parties requérantes dans l'affaire n° 4010 prennent un moyen de la violation des articles 15 et 22 de la Constitution, combinés avec l'article 8 de la Convention européenne des droits de l'homme en ce que l'article 47ter, § 1, alinéa 3, du Code d'instruction criminelle permet d'utiliser sans distinction toutes les méthodes particulières de recherche, à l'exception de celles qui doivent être ordonnées par le juge d'instruction, en vue de l'exécution des peines.