G. overwegende dat het aantal schendingen van de vrijheid van gedachte, geweten, godsdienst of overtuiging, ongeacht of ze worden begaan door regeringen of niet-statelijke actoren, in veel landen van de wereld toeneemt en uitmondt in discriminatie en onverdraagzaamheid tegen bepaalde personen en godsdienstgemeenschappen, waaronder minderheden en ongelovigen;
G. considérant que les violations de la liberté de pensée, de conscience, de religion ou de conviction, qu'elles soient commises par les gouvernements ou les acteurs non étatiques, sont en augmentation dans de nombreux pays du monde et aboutissent à la discrimination et à l'intolérance tant à l'égard de certaines personnes qu'à l'encontre de certaines communautés religieuses, y compris les minorités et les non-croyants;