« Art. 317. — Ongeoorloofde beïnvloeding bestaat in het feit dat een persoon die geen openbaar gezag of openbaar ambt in de zin van artikel 246 uitoefent, rechtstreeks of door tussenpersonen, voor zichzelf of voor een derde, een aanbod, een belofte of een voordeel van welke aard dan ook vraagt of aanneemt om op onrechtmatige wijze invloed uit te oefenen op openbare overheden en ambtenaren om van hen een handeling of het nalaten van die handeling te verkrijgen.
« Art. 317. — Est constitutif de trafic d'influence le fait pour une personne qui n'est pas investie d'une autorité ou d'une fonction publiques au sens de l'article 246 de solliciter ou d'agréer, directement ou par interposition de personnes, une offre, une promesse ou un avantage de toute nature, pour elle-même ou pour un tiers, aux fins d'exercer de manière abusive une influence sur les autorités et les fonctionnaires publics en vue d'obtenir d'eux qu'ils accomplissent un acte déterminé ou qu'ils s'abstiennent de le prendre.