3. De wetgeving bepaalt nergens dat er specifiek voor het voorstellen van onmiddellijke inningen aan vreemdelingen een aparte machtiging nodig zou zijn van de procureur-generaal van het Hof van beroep.
3. La législation ne stipule nulle part que les propositions de perception immédiate aux étrangers nécessitent une habilitation distincte du procureur-général de la Cour d'appel.