Uit artikel 46 blijkt dat als «extralegaal voordeel» moet worden beschouwd, het voordeel dat toegekend wordt ingevolge een onvrijwillige uitdiensttreding van een hogere bediende, indien de vergoeding of het gedeelte van de vergoeding .«niet in de plaats kan treden van de voordelen toegekend in het kader van een normale ontslagregeling, aangezien deze laatste voordelen daadwerkelijk werden toegekend».
Il ressort de l'article 46 que par «avantage extra-légal», il faut entendre l'avantage octroyé suite à un désengagement involontaire d'un cadre si l'indemnité ou une partie de celle-ci .«ne peut se substituer aux avantages octroyés dans le cadre d'un régime normal de licenciement, étant donné que ces derniers avantages ont été réellement accordés».