De privacycommissie oordeelde dat de verwerking van de persoonsgegevens van de desbetreffende wijkagenten als noodzakelijk kon worden aanzien voor de vervulling van hun taak van openbaar belang of deel uitmaakte van de uitoefening van het openbaar gezag.
La Commission a estimé que le traitement des données personnelles des agents de quartier concernés pouvait être considéré comme indispensable à l'accomplissement de leur mission d'intérêt public ou faisant partie de l'exercice de l'autorité publique.