1. De Commissie draagt, in samenwerking met de lidstaten, zorg voor de algehele samenhang met de andere beleidsmaatregelen, instrumenten en acties van de Unie en de Gemeenschap, met name door de vaststelling van passende mechanismen voor de coördinatie van de activiteiten van het programma met relevante activiteiten op het gebied van onderzoek, justitie en binnenlandse zaken, cultuur, onderwijs, opleiding en jeugdbeleid, en op het gebied van de uitbreiding en de externe betrekkingen van de Gemeenschap, alsmede met het regionale beleid en het algemene economische beleid.
1. La Commission assure, en coopération avec les États membres, la cohérence d'ensemble avec les autres politiques, instruments et actions de l'Union et de la Communauté, notamment par la mise en place de mécanismes appropriés permettant de coordonner les activités du programme avec des activités connexes concernant la recherche, la justice et les affaires intérieures, la culture, l'éducation, la formation et la politique de la jeunesse, ainsi que dans les domaines de l'élargissement et des relations extérieures de la Communauté, de même qu'avec la politique régionale et la politique économique générale.
