Er is in dit geval sprake van een redelijk vermoeden van het plegen van het strafbaar feit – toebrengen lichamelijk letsel – als bedoeld in § 223 van wet nr. 140/1961 van het wetboek van strafrecht, waarin is bepaald dat degene die uit onachtzaamheid, in strijd met een zorgvuldigheidsplicht uit hoofde van zijn werk, beroep, situatie of functie of ingevolge de wet, een ander letsel toebrengt, kan worden gestraft met maximaal één jaar gevangenisstraf en/of een beroepsverbod.
Il existe dans le cas d'espèce une suspicion légitime d'acte délictueux – coups et blessures – au sens de l'article 223 de la loi n° 140/1961 (code pénal): "la personne qui, par négligence, inflige à un tiers des coups et blessures en contrevenant à une obligation importante découlant de son emploi, de sa profession, de sa situation ou de sa fonction, ou qui lui est imposée par la loi, est condamnée à une peine privative de liberté à concurrence d'un an ou à une interdiction d'exercer".