Het derde onderdeel beroept zich op een discriminatie ten nadele van patiënten verzorgd buiten de ziekenhuisinstellingen, ten gunste van patiënten opgenomen in de diensten spoedgevallen of intensieve verzorging, ten nadele van niet-begeleide kinderen, die kwetsbaarder kunnen zijn dan de kinderen begeleid door een ouder, en tot slot ten nadele van begeleide patiënten andere dan kinderen, zoals bejaarden of echtgenoten.
La troisième branche fait état d'une discrimination au détriment des patients soignés à l'extérieur des établissements hospitaliers, au bénéfice des patients admis dans les services d'urgence ou de soins intensifs, au détriment des enfants non accompagnés, qui peuvent être plus vulnérables que ceux qui sont accompagnés d'un parent, et enfin au détriment de patients accompagnés, autres que des enfants, tels que les personnes âgées ou les conjoints.