35. neemt er kennis van dat de Rekenkamer voor het begrotingsjaar 2006 in haar betrouwbaarheidsverklaring de kanttekening maakte dat, hoewel zij in het verslag over het voorgaande jaar had benadrukt dat er geen rechtsgrondslag was voor een besluit van de beroepscommissie van het Centrum om een medewerker compensatie te bieden voor niet-financiële benadeling waarin het Statuut niet voorziet, deze compensatie toch in 2006 was betaald;
35. constate que, pour l'exercice 2006, la Cour des comptes a apporté une réserve à sa déclaration d'assurance, rappelant que, dans son rapport de l'année précédente, elle avait souligné l'absence de base juridique de la décision de l'instance de recours du Centre d'accorder à un agent une indemnisation pour un préjudice non pécuniaire non prévue par le statut, mais que cette compensation a néanmoins été versée en 2006;