J. overwegende dat het Hof van Justitie van de Europese Unie in het arrest van 1 maart 2011 in zaak C-236/09 (Test-Aankoop) verklaarde dat artikel 5, lid 2, van deze richtlijn, waarin een afwijking toegestaan wordt voor verzekeringen en aanverwante financiële diensten, contraproductief is voor de verwezenlijking van de doelstelling van gelijke behandeling van vrouwen en mannen en niet in overeenstemming is met het Handvest van de grondrechten van de EU;
J. considérant que, selon l'arrêt de la Cour de justice de l'Union européenne du 1 mars 2011 dans l'affaire C-236/09 (Test-Achats), l'article 5, paragraphe 2, de la directive, qui prévoit une dérogation pour les services d'assurance et les services financiers connexes, fait obstacle à la réalisation de l'objectif d'égalité de traitement entre les hommes et les femmes et est incompatible avec la Charte des droits fondamentaux de l'Union européenne;