2º wordt de controlebevoegdheid van een persoon die optreedt krachten een overeenkomst van lastgeving, commissie, portage, naamlening, fiducie of een overeenkomst met een gelijkwaardige uitwerking, voor rekening van een ander persoon geacht uitsluitend in bezit te zijn van laatstgenoemde (bijlage bij het koninklijk besluit van 8 oktober 1976 met betrekking tot de jaarrekening van de ondernemingen, hoofdstuk III, deel I, IV, A)».
2º le pouvoir détenu par une personne agissant, en vertu d'une convention de mandat, de commission, de portage, de prête-nom, de fiducie ou d'une convention d'effet équivalent, pour le compte d'une autre personne, est censé détenu exclusivement par cette dernière (annexe à l'arrêté royal du 8 octobre 1976 relatif aux comptes annuels des entreprises, chapitre III, section I, IV, A)».