In twee gevallen, namelijk Duitsland en Spanje, is een daling van de overheidsuitgaven met respectievelijk 20% en 2,4% ten opzichte van de periode 1989-1993 geconstateerd, maar hiermee wordt het additionaliteitsbeginsel niet aangetast omdat de structurele overheidsuitgaven in de vorige programmaperiode uitzonderlijk hoog waren.
Dans deux cas, à savoir l'Allemagne et l'Espagne, la diminution observée des dépenses publiques par rapport à la période 1989-1993 (20 et 2,4 % respectivement) ne met pas en cause le principe de l'additionnalité, en raison du niveau extraordinaire de l'effort public structurel durant la période de programmation précédente.