3. Elke lidstaat waar terzake wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen bestaan, aanvaardt als genoegzaam bewijs de opleidingstitels van specialist die door de overige lidstaten zijn afgegeven en die wat de betrokken specialistenopleiding betreft overeenkomen met de in bijlage V, punt 5.1.4 , opgenomen benamingen, wanneer zij de afsluiting vormen van een opleiding waarmee vóór de in bijlage V, punt 5.1.2 , genoemde referentiedatum werd begonnen, op voorwaarde dat zij vergezeld gaan van een verklaring waarin wordt bevestigd dat de houders ervan de betrokken werkzaamheden tijdens de vijf jaar die aan de afgifte van de verklaring voorafgaan gedurende ten minste drie opeenvolgende jaren daadwerkelijk en op wettige wijze hebben uitgeoefend.
3. Chaque Etat membre qui connaît des dispositions législatives, réglementaires ou administratives en la matière reconnaît comme preuve suffisante les titres de formation de médecin spécialiste délivrés par les autres Etats membres et qui correspondent, pour la formation spécialisée en cause, aux dénominations figurant à l'annexe V, point 5.1.4 lorsqu'ils sanctionnent une formation qui a commencé avant la date de référence visée à l'annexe V, point 5.1.2 s'ils sont accompagnés d'une attestation certifiant que leurs titulaires se sont consacrés effectivement et licitement aux activités en cause pendant au moins trois années consécutives au cours de cinq années précédant la délivrance de l'attestation.