A. overwegende dat eerbied voor de menselijke waardigheid, vrijheid, democratie, gelijkheid, de rechtsstaat en eerbiediging van de mensenrechten, waaronder de rechten van personen die tot minderheden behoren, universele waarden zijn, en dat die waarden in artikel 2 VEU zijn verankerd als gemeenschappelijke waarden van alle lidstaten die de beginselen van pluralisme, non-discriminatie, verdraagzaamheid, rechtvaardigheid, solidariteit en gelijkheid van vrouwen en mannen aanhangen;
A. considérant que le respect de la dignité humaine, la liberté, la démocratie, l'égalité, l'état de droit et le respect des droits de l'homme, y compris des droits des personnes appartenant à des minorités, sont des valeurs universelles et que l'article 2 du traité UE les consacre comme valeurs européennes communes à tous les États membres dont les principes sont le pluralisme, la non-discrimination, la tolérance, la justice, la solidarité et l'égalité entre les femmes et les hommes;