Spreker verwijst naar het advies van de Raad van State waarin gesteld
wordt dat « Om het Parlement in staat te stellen te
laten weten dat het niet instemt met een bepaald amendement, zou het ontwerp aangevuld moeten worden met een bepaling die voorziet in de verplichting om te bekwamer tijd aan het parlement ieder ontwerp van amendement op het verdrag mede te delen, zodat enerzijds het parlement dienaangaande een standpunt kan innemen, en anderzijds de regering binnen de termijn van tien maanden gesteld in artikel 18, lid 2, 5.2, van
...[+++]het verdrag een verklaring kan afleggen van weigering van de aanvaarding van het door het Comité aangenomen amendement (stuk Senaat, nr. 5-1957 — 2012/2013, p. 25).
Dans son avis, le Conseil d'État observe que pour permettre au Parlement de faire savoir qu'il ne donne pas son assentiment à un amendement donné, il conviendrait d'ajouter au projet une disposition prévoyant l'obligation de transmettre dans un délai utile au Parlement tout projet d'amendement à la Convention, ce qui permettra d'une part au Parlement de prendre attitude à ce sujet et, d'autre part, au gouvernement de déposer dans le délai de dix mois prévu à l'article 18, paragraphe 2, 5.2, de la Convention une déclaration de refus d'acceptation de l'amendement adopté par le Comité (doc. Sénat, nº 5-1957/1 — 2012/2013, p. 25).