Ik wens vooreerst op te merken dat in het antwoord dat w
erd verstrekt op de parlementaire vraag nr. 61 van 7 maart 2013, gesteld door mevrouw Veerle Wouters, en waarnaar het geachte lid in z
ijn vraag blijkbaar verwijst, enkel wordt meegedeeld dat het algemene fiscale neutraliteitsbeginsel niet rechtvaardigt dat een goed dat werd verkregen ingevolge een belastingvrije fusie niet kan worden beschouwd als een geldige herbelegging in de zin van artikel 47, van het Wetboek van de inkomstenbelasting
...[+++]en 1992 (WIB 92) en dat een verder onderzoek zich opdringt (Vragen en Antwoorden, Kamer, 2013-2014, nr. 158, blz. 161).
Au préalable, je souhaite faire remarquer que dans la réponse qui a été fournie à la question parlementaire n° 61 du 7 mars 2013, posée par madame Veerle Wouters, et à laquelle l'honorable membre se réfère vraisemblablement dans sa question, il est seulement mentionné que le principe général de neutralité fiscale ne justifie pas qu'un bien acquis à l'occasion d'une fusion exonérée d'impôt ne puisse être considéré comme un remploi valable au sens de l'article 47, du Code des impôts sur les revenus 1992 (CIR 92) et qu'un examen complémentaire s'impose (Questions et Réponses, Chambre, 2013-2014, n° 158, p. 161).