Bij beschikking van 31 januari 2006 heeft het Hof de zaak in gereedheid verklaard en de dag van de terechtzitting bepaald op
1 maart 2006 na de partijen te hebben verzocht, in een aanv
ullende memorie die uiterlijk op 23 februari 2006 moet worden ingediend en waarvan zij binnen dezelfde termijn een afsch
rift dienden uit te wisselen, hun standpunt te laten kennen over de weerslag van een door verzoekende partijen ingesteld beroep voo
...[+++]r het Gerecht van eerste aanleg van de Europese Gemeenschappen tegen de richtlijn 2003/87/EG, op het geding voor het Arbitragehof.
Par ordonnance du 31 janvier 2006, la Cour a déclaré l'affaire en état et fixé l'audience au 1 mars 2006 après avoir invité les parties à exposer, dans un mémoire complémentaire à introduire le 23 février 2006 au plus tard, et dont elles échangeraient une copie dans le même délai, leur point de vue quant à l'incidence sur la procédure pendante devant la Cour d'arbitrage du recours introduit par une des parties requérantes devant le Tribunal de première instance des Communautés européennes contre la directive 2003/87/CE.