5. Wanneer de voorlopige maatregelen zijn herroepen of wegens enig handelen of nalaten van de verzoeker ophouden toepasselijk te zijn, of wanneer later wordt vastgesteld dat geen inbreuk op een intellectuele‑eigendomsrecht is gepleegd of driegde te worden gepleegd, moeten de rechterlijke instanties de bevoegdheid hebben, op verzoek van de verweerder, de verzoeker te gelasten de verweerder een passende schadeloosstelling te bieden voor door deze maatregelen toegebrachte schade.
5. Dans les cas où les mesures provisoires ont été abrogées ou cessent d’être applicables en raison de toute action ou omission du requérant, ou dans les cas où il est constaté ultérieurement qu’il n’y a pas eu atteinte ou menace d’atteinte à un droit de propriété intellectuelle, les autorités judiciaires doivent être habilitées à ordonner au requérant, à la demande du défendeur, d’accorder à ce dernier un dédommagement approprié en réparation de tout dommage causé par ces mesures.