Het tweede onderdeel van het middel volgens hetwelk de pensioenuitkeringen afkomstig uit een ander land dan Nederland in de regel belastbaar zijn in België en niet in de bronstaat, zodat er een niet-gerechtvaardigd onderscheid zou bestaan binnen de categorie van de inwoners van België die een pensioen ontvangen opgebouwd in het buitenland, mist grondslag : het grondwettelijk beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie vereist geenszins dat de Belgische Staat met andere verdragsluitende partijen slechts overeenkomsten zou kunnen sluiten op voorwaarde dat die overeenkomsten dezelfde aangelegenheden op analoge wijze zouden regelen.
La seconde branche du moyen selon laquelle les allocations de pension provenant d'un autre pays que les Pays-Bas sont en principe imposables en Belgique et non dans l'Etat de la source, de sorte qu'il existerait une distinction injustifiée au sein de la catégorie des résidents de Belgique qui perçoivent une pension constituée à l'étranger, manque de fondement : le principe constitutionnel d'égalité et de non-discrimination n'implique nullement que l'Etat belge ne puisse conclure des conventions avec d'autres parties contractantes qu'à la condition que ces conventions règlent les mêmes matières de manière analogue.