Art. 39. § 1. Met het oog op de bescherming van de private levenssfeer van de gebruiker, zoals bedoeld in artikel 35, kan het betrokken lid van de ploeg van de dienst voor geestelijke gezondheidszorg het door de in de artikelen 36, 37 en 38 bedoelde persoon ingediende verzoek om inzage of afschrift, zoals bedoeld in artikel 32, § 3, of § 4, geheel of gedeeltelijk verwerpen.
Art. 39. § 1. En vue de la protection de la vie privée de l'usager telle que visée à l'article 35, le membre de l'équipe du service de santé mentale concerné peut rejeter en tout ou en partie la demande de la personne visée aux articles 36, 37 et 38 visant à obtenir consultation ou copie comme visé à l'article 32, § 3, ou § 4.