1. bevestigt de in zijn resolutie van 27 oktober 2005 over een terugblik op het proces van Barcelona tot uitdrukking gebrachte overtuiging dat, hoewel het Europees-mediterraan partnerschap no
g niet de verwachte positieve effecten heeft gehad en niet tot een verlaging van de spanningen in het gebied
heeft bijgedragen, er nog wel verbeter
ingen kunnen worden aangebracht, en dat het proces van Barcelona in dat licht onverminderd het bij uitstek geëigende kader voor het mediterraan beleid is, waarb
...[+++]ij veranderingen en politieke wil een must zijn voor het bereiken van betere resultaten;
1. maintient la conviction exprimée dans sa résolution du 27 octobre 2005 sur le processus de Barcelone revisité selon laquelle, même si le partenariat euro-méditerranéen n'a pas encore produit tous les résultats qui en étaient escomptés et n'a pas contribué autant qu'il l'aurait pu à l'apaisement des tensions dans la région, des progrès peuvent encore être accomplis, et dès lors, le processus de Barcelone reste le cadre qui convient pour la politique méditerranéenne, auquel il convient d'apporter des changements et la volonté politique nécessaire pour obtenir de meilleurs résultats;