Onder voorbehoud van wat zal worden gesteld naar aanleiding van het onderzoek van het derde onderdeel van het eerste middel, dient te dezen te worden opgemerkt dat de bestreden artikelen 2 en 3 van de wet van 3 april 2009, zoals hiervoor uiteengezet, niet op discriminerende wijze afbreuk doen aan de gewettigde verwachtingen van de gewone aandeelhouders van de NBB, die niet in redelijkheid aanspraak kunnen maken op de « seigneuriage » -inkomsten van de Belgische Staat, noch op een onveranderlijke toepassing van de vroegere regels voor de verdeling van de winst en de toebedeling aan de reserves van de NBB.
Sous réserve de ce qui sera dit lors de l'examen de la troisième branche du premier moyen, il doit être observé en l'espèce qu'ainsi qu'il a été exposé plus haut, les articles 2 et 3 attaqués de la loi du 3 avril 2009 ne portent pas atteinte de manière discriminatoire aux attentes légitimes des actionnaires ordinaires de la BNB, qui ne pouvaient raisonnablement prétendre aux revenus de « seigneuriage » de l'Etat belge ni à une application immuable des anciennes règles de répartition des bénéfices et d'attribution des réserves de la BNB.