4. beklemtoont dat de belasting qua omvang neutraal moet zijn, en dus in totaal noch minder inkomsten voor de staat noch meer belastingen voor de burger betekenen mag en dat dit vereiste met een dergelijke jaarlijkse belasting op motorvoertuigen te realiseren is;
4. souligne que la fiscalité doit être neutre du point de vue budgétaire, c'est‑à‑dire que, au total, elle ne doit pas entraîner une perte de recettes pour l'État, ni une charge supplémentaire pour les citoyens et que la taxe annuelle de circulation devrait satisfaire à cette exigence;