13. is van mening dat zijn standpunt ten aanzien van verdere middelen voor de Commissie en de overige instellingen afhankelijk zal wo
rden gesteld van de algehele situatie in rubriek 5 en van de vooruitgang die geboekt wordt bij de hervormingen; wijst erop dat huidige ramingen die door de overige instellingen zijn ingediend samen met de voorstellen van de Commissie voor haar eigen begroting nu al het maximum van rubriek 5 overstijgen en dat de
stijging waarom de Raad voor zijn begroting verzocht één van de sterkst
...[+++]e is, nl 9,10% ten opzichte van 2001;
13. fait observer que sa position sur des crédits supplémentaires pour la Commission et les autres institutions sera subordonnée à la situation générale de la rubrique 5 et à l'état d'avancement des réformes; souligne que les estimations actuelles présentées par les autres institutions et ajoutées aux propositions de la Commission pour son propre budget administratif dépassent déjà le plafond de la rubrique 5, l'augmentation demandée par le Conseil pour son budget étant la plus importante de toutes, à savoir 9,10% par rapport à 2001;