De vereiste inzake beroepservaring is overgenomen uit het terzake bepaalde in artikel 70, § 2, eerste lid, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State : de kandidaten moeten gedurende ten minste tien jaar werkzaam zijn geweest aan de balie, een bediening van algemeen bestuur, een rechterlijk ambt, een ambt bij de Raad van State of bij een administratief rechtscollege hebben bekleed of het recht hebben gedoceerd aan een Belgische universiteit.
La condition d'expérience professionnelle est calquée sur celle de l'article 70, § 2, alinéa 1 , des lois coordonnées sur le Conseil d'État : il faut avoir, pendant au moins dix ans, suivi le barreau, occupé des emplois d'administration générale, des fonctions judiciaires, des fonctions au Conseil d'État ou dans une juridiction administrative ou enseigné le droit dans une université belge.