"Art. 591. § 1. De schriftelijk bij naam aangewezen ambtenaren van niveau A van de dienst van het Strafregister van de Federale Overheidsdienst Justitie, de hoofdgriffiers, de griffiers-hoofden van dienst en de griffiers van de hoven en rechtbanken van de rechterlijke orde hebben, uitsluitend in het kader van het beheer van het Strafregister, toegang tot de gegevens bedoeld in artikel 3, eerste lid, 1° tot 8°, en tweede lid, van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van de natuurlijke personen.
"Art. 591. § 1. Les agents de niveau A du service du Casier judiciaire du Service public fédéral Justice, nommément désignés par écrit, les greffiers en chef, les greffiers-chefs de service et les greffiers des cours et tribunaux de l'ordre judiciaire ont, uniquement dans le cadre de la gestion du Casier judiciaire, accès aux informations visées à l'article 3, alinéa 1, 1° à 8°, et alinéa 2, de la loi du 8 août 1983 organisant un Registre national des personnes physiques.