2. Kan moeilijk overgaan van de zithouding tot rechtopstaande houding, heeft problemen om enkele stappen te zetten met of zonder hulpmiddel, kan niet lang rechtop blijven staan (bijvoorbeeld : verplaatst zich moeilijk met twee krukken,..) of kan zich moeilijk rechtop bewegen omwille van een zware visuele deficiëntie (blinde die zich verplaatst met of zonder witte stok).
2. Passe difficilement de la position assise à la position debout, fait difficilement quelques pas avec ou sans appui, ne maintient pas une station debout prolongée (exemple : marche difficile à l'aide de deux béquilles,..) ou difficulté de se mouvoir debout en raison d'une déficience visuelle importante (aveugle se déplaçant avec ou sans canne blanche).